Het advies van de Raad van Cultuur om de rijkssubsidie voor Noorderlicht te schrappen heeft een golf van verontwaardiging veroorzaakt bij fotografieliefhebbers over de hele wereld. Dat er bezuinigd moet worden, is een feit. Maar het gemak waarmee een groot instituut voor de fotografie de nek wordt omgedraaid is schokkend. Vooral ook omdat het gebaseerd is op valse redenen. Het belang van Noorderlicht voor de fotografie blijkt ook wel uit de steunbetuigingen op de speciale Facebookpagina Noorderlicht Has To Stay (die overigens niet door Noorderlicht zelf is opgericht). Na één dag hebben al meer dan 1000 mensen de pagina geliked en het aantal groeit nog steeds. Het is de bedoeling dat de overheid geconfronteerd wordt met de steun voor Noorderlicht, als teken dat het instituut overeind moet blijven.
Veel betekenend zijn de reacties op internet over de mogelijke sluiting van Noorderlicht. Die komen niet alleen uit Nederland, juist ook de buitenlandse fotografieliefhebbers zien de meerwaarde van Noorderlicht. Zo schrijft het vooraanstaande weblog Lens Culture op de pagina van Noorderlicht Has To Stay: “Noorderlicht is one of the most innovative and inspiring sources of knowledge and awareness of contemporary photography. They make a tremendously positive impact on people worldwide. The themes and exhibitions and books they present to the world are real treasures.”
Dit soort steunbetuigingen zijn belangrijk, omdat ze niet alleen aangeven dát Noorderlicht belangrijk is, maar vooral ook wáárom. Reyer Boxem schrijft een mooi manifest over de waarde van Noorderlicht. Hij schrijft onder andere: “We zijn vooruit gekomen, mede dankzij Noorderlicht. Noorderlicht heeft als vooruitgeschoven verkenners zoals ik het nu persoonlijk zo’n 15 jaar vanaf de zijlijn volg, altijd de rafelranden opgezocht van de (documentaire)fotografie als vak en /of als kunstvorm. Ik , als betrekkelijke leek op kunstgebied , werd op voorgaande edities van Noorderlicht vaak geconfronteerd met allerlei obscuur genaamde fotografen uit allerlei gewesten waar ik nog nooit van had gehoord, en de schellen vielen me regelmatig van de ogen. Precies daarvoor kom ik er ook graag. …. Noorderlicht doet aan duiding, en stelt zoals gezegd vragen.”
Verbazing is er om de redenen om de subsidie stop te zetten. Noorderlicht zou een te weinig theoretische discussie over fotografie veroorzaken en te weinig samenwerken met andere foto-instellingen. Ton Broekhuis van Noorderlicht laat van die redenen in een reactie geen spaan heel. Ook Jan Banning, nooit te beroerd om een stevig goed gefundamenteerd oordeel te geven over fotografie, verbaast zich over de reden. Op de Facebook pagina schrijft hij: “Wat dat eerste betreft, het klinkt als een flauwekulargument en als een stok om de hond te slaan. Experimentele etc. fotografie is een klein element in een groot geheel en het lijkt me merkwaardig om grote aandacht daaraan ineens als een zwaarwegende eis te presenteren. Dat gebeurt trouwens ook niet bij de beoordeling van allerlei andere culturele instellingen in het rapport. …. In de inleiding zegt de raad: “Zonder plaatsen voor experiment en ontwikkeling geen kweekvijver van talent. Zonder talent, geen aansprekende, vernieuwende culturele uitingen.” Aha, dus daartoe dient dat discours over experimenteren etc. Wel, ik vermoed dat Noorderlicht prima kan laten zien dat er nogal wat jong talent aan bod is geweest.” Banning sluit zijn betoog af met “Ik vrees dat Ton Broekhuis gelijk heeft met zijn stelling dat de vestigingsplaats van Noorderlicht op de achtergrond een fikse rol heeft gespeeld bij de afwijzing. Dit rapport doet zijn naam eer aan: het brengt inderdaad ruimschoots “Slagen in Cultuur” toe en draagt fors bij aan een overhaaste en nogal willekeurige bezuinigingsoperatie.”
De reacties en de ‘likes’ zijn hartverwarmend, maar er is natuurlijk meer nodig. Dat gaat ook vast en zeker gebeuren. Noorderlicht is namelijk een te belangrijk instituut om verloren te gaan. Het is in mijn ogen het belangrijkste fotofestival in Nederland en een van de belangrijkere fotofestivals in de wereld. Dat zomaar te laten verdwijnen zou een schande zijn. We moeten als Nederland trots zijn om zo’n instituut te hebben. Samen met World Press Photo zet Noorderlicht Nederland fotografisch op de kaart (sorry voor deze afgezaagde uitdrukking). Het is nog nooit een straf geweest om voor Noorderlicht naar het noorden af te reizen. Omdat je altijd weer geïnspireerd terugkomt, met een hoop vragen over de fotografie.
Reyer Boxem roept ook om praktische actie. Hij belooft het goede voorbeeld te geven, dat navolging mag hebben: “Ik heb een besluit genomen, en ik hoop dat ik niet te laat ben. Als alle gelden wegvallen zal ik Noorderlicht eindelijk gaan steunen op een manier zoals ik me al jaren voorneem, maar waar ik elke keer weer geen tijd voor heb omdat ik altijd precies net in die week een betaalde reportageklus (hé Joop!) heb. Ik hoop echt dat ik er niet te laat mee kom: gewoon een week lang foto’s inlijsten en ophangen. plakletters snijden. brochures nieten. affiches ophangen. ongesubsidieerd, als vrijwilliger. ik neem zelf mn thermoskan koffie mee. Wie doet mee? Noorderlicht blijft!”
Noorderlicht blijft zelf ook strijdbaar, zo staat op de steunpagina: “Het advies van de Raad voor Cultuur mag negatief zijn, maar we geven ons niet zomaar gewonnen en blijven vechten voor het voortbestaan van Noorderlicht. Steun ons in deze strijd, we kunnen alle hulp gebruiken!” Doe het! Noorderlicht has to stay!