In Amerika is bij de media onrust over het fotobeleid van president Obama. In een brief stelt de White House Correspondents’ Association samen met 37 media-organisaties dat de media steeds minder toegang krijgen tot Obama, maar dat tegelijk het aantal foto’s dat het Witte Huis verspreidt via de eigen fotograaf toeneemt. In een ontmoeting met de persvoorlichter van het Witte Huis, vergeleek een woordvoerder van de White House Correspondents’ Association het beleid met die van de Tass, het Russische persbureau.
Dat Pete Souza, de officiële fotograaf van het Witte Huis, meer toegang heeft dan andere fotografen is niet het grootste probleem. Het is nu eenmaal het voorrecht van een vaste fotograaf. Waar de fotografen wel moeite mee hebben is het feit dat ze steeds vaker geweerd worden van gebeurtenissen waar Obama aanwezig. Tegelijk laten ze hun eigen fotografen en cameramensen wel alles vastleggen en brengen die beelden naar buiten. Vaak worden die beelden via de media weer verspreid. “That sets up their own media operation,” zegt de voorzitter van de White House Correspondents’ Association tegen de New York Times. Dat betekent dat ze propaganda maken in de puurste zin van het woord, stelt Ron Fournier van National Journal. “Het doel van het mediateam van Obama is hem positief voor het daglicht te stellen.”
De fotografen klagen ook dat ze vaak maar van een beperkt standpunt mogen fotograferen, waardoor de media een minder realistisch beeld kunnen maken zeggen ze. Op de site van National Journal staan enkele voorbeelden van foto’s die Souza kan maken, en het verschil met de foto’s die de media zelf kunnen maken. Tegelijk vraagt David Campbell zich op Twitter af of een onafhankelijk gemaakte foto van Obama en Clinton iets anders zegt dan de foto van Souza. “Het blijft een fotomoment,” stelt hij. Hij onderschrijft dat toegang belangrijk is, maar dat het nog belangrijker is om een andersoortige foto te maken. Daar moet het debat over gaan, aldus Campbell.
De crux in het verhaal is vooral dat het Witte Huis de foto’s vrij snel online zet, en het verspreidt via de social media. Ook als het om zogenaamde privémomenten gaat. Bij vorige presidenten hadden de fotojournalisten ook niet overal toegang, maar werden de foto’s pas veel later verspreid door het Witte Huis. Nu kan het Witte Huis veel beter en sneller zelf het beeld bepalen dat naar buiten komt.